Agility

Agility.

Agility is de laatste jaren razend populair geworden.
Bij Agility moet de hond zo snel mogelijk en foutloos een hindernisparcours lopen,
daardoor dienen hond en geleider gezond en over een goede conditie te beschikken om de sport te beoefenen.

Om aan Agility deel te kunnen nemen moet de hond goed onder controle van de geleider staan. De hond loopt los en komt als de geleider hem roept, hij blijft wachten als de geleider dit vraagt en is sociaal naar andere honden. Voordien wat gehoorzaamheid trainen is dus noodzakelijk.

De minimum leeftijd voor de hond (vastgesteld door de Raad van Beheer) om met Agilitytrainingen te mogen beginnen is 1 jaar. Landelijke wedstrijden onder auspiciën van KNK “Cinophilia” staan open vanaf 18 maanden.

Agility, is een discipline van de hondensport vergelijkbaar met jumping bij paardensport.
De geleider moet met zijn hond een parcours met ongeveer 22 hindernissen afleggen in een vooraf bepaalde volgorde, op een correcte wijze en binnen een zo kort mogelijke tijd.

De honden worden onderverdeeld in 3 groepen, volgens hun schouderhoogte:
* small: tot 34,9 cm
* medium: 35 cm tot 42,9 cm
* large: vanaf 43 cm

Een parcours bestaat uit verschillende soorten hindernissen zoals:
* sprongen: hoogtesprong, vertesprong, band en muur
* toestellen met raakvlakken: wip, dakschutting, loopbrug
* doorgangen: tunnel, zak
* paaltjes, tafel

Om foutloos rond te kunnen komen, moet de hond dus niet alleen snel kunnen lopen. Hij moet zowel hoogte- als breedtesprongen nemen, door tunnels en slurven kruipen, over schuttingen klauteren, op een smalle plank zijn evenwicht behouden en zigzaggend door een rij paaltjes gaan. Lenigheid, snelheid, springkracht en bedachtzaamheid zijn de belangrijkste vaardigheden die een hond hiervoor moet bezitten.

De geleider mag de hond of de hindernissen niet aanraken tijdens het lopen. Hij mag de hond enkel in de juiste richting sturen aan de hand van zijn stem of via gebaren. Alleen bij een goede verstandhouding tussen beide partijen kunnen goede resultaten worden behaald. De hond en geleider moeten elkaar daarom perfect begrijpen en een evenwichtige combinatie vormen, gebaseerd op wederzijds vertrouwen.